dinsdag 28 maart 2017

OPP en IQ

In hoeverre is het IQ bepalend voor begeleiding voor een kind met een OPP? Wat zegt de PO-raad hierover in hun document "Ontwikkelingsperspectie in het basisonderwijs". De PO-Raad is de sectororganisatie voor het primair onderwijs:
Klik op de plaatjes om de pagina's te lezen.


Een IQ score is niet meer dan een verwachting van de cognitieve ontwikkeling op een bepaald moment in de tijd. Het is volledig onduidelijk hoe een kind met een auditieve beperking met een hoog of juist laag IQ zich verder gaat ontwikkelen. Er is geen verwachtingspatroon. Ook niet of het een het ander compenseert.

Helaas komt het steeds meer voor dat regels, die voor alle kinderen gelden die een OPP hebben binnen het reguliere onderwijs, door de instellingen aan ons heel anders worden uitgelegd. Simea zou deze algemene regels specifiek moeten maken voor haar sector, omdat dove en slechthorende een hele aparte groep is waar weinig expertise voor is binnen de kaders van het reguliere onderwijs. Echter gebeurt dit niet. Elke AD dienst hanteert zijn eigen regels.

Hierbij heb ik 2 pagina's even uitgelicht. Het volledige document kan je hier downloaden. Het geeft een schat aan informatie over hoe een OPP nu eigenlijk werkt en wat je er allemaal mee kan doen. Simea, de instellingen en AD moeten zich ook gewoon aan deze regels houden.

Onderwijsbehoefte is leidend ongeacht de hoogte van het IQ. Heb je vragen of ondervind je problemen, meld het ons! oudergroepvandovenkinderen@gmail.com.

woensdag 15 maart 2017

Vierde verslag bijeenkomst samenwerkingsproject cluster 2 instellingen, ouders



Vierde verslag bijeenkomst samenwerkingsproject cluster 2 instellingen, ouders

Opzet website over de ambulante dienst cluster 2/ begeleiding binnen het passend onderwijs.
Voor oorsprong en andere verslagen zie onze eerdere blogs.
Bijeenkomst 8 januari 2016
Bijeenkomst 13 april 2016
Bijeenkomst 25 november 2016

Locatie: Rotterdam, Auris 14 maart 2017
Aanwezigen: Simea, Viertaal, Kentalis, Auris, Hoormij, Fodok, oudergroep van dove kinderen. Tevens aanwezig: een onafhankelijke scrum-master. Vitus- Zuid was op deze datum verhinderd.

Gedurende de dag hebben we het meest in 2 (steeds dezelfde) gemixte teams gewerkt. De sfeer was goed en ieder bracht met enthousiasme expertise vanuit zijn/haar eigen achtergrond aan. Gedurende de sessies bleek dat iedereen een zelfde beeld heeft van wat er moet gebeuren: Eén (1) overzicht met informatie voor ouders, kinderen, scholen en cluster 2 instellingen t.b.v de kinderen (TOS, Slechthorend en Doof) die regulier naar school gaan.
Er is al wel heel veel informatie beschikbaar, maar dat staat op verschillende plaatsen, is niet vindbaar en is in sommige gevallen niet duidelijk beschreven. Door 1 overzicht te creëren is alles overzichtelijk terug te vinden en kan er door het gebruik van doorlinken extra informatie opgevraagd worden.

Een impressie welke informatie beschikbaar moet komen
Aan het eind van de dag lag er een globaal uitgewerkt idee hoe de website er uit zou kunnen komen te zien en met welke inhoud. Voor de aankomende maand zijn er een aantal actiepunten gedefinieerd waar de deelnemers zich op ingeschreven hebben om verder uit te werken. Wel blijft in zijn algemeenheid nog onduidelijk wie wat precies gaat doen na het afronden van deze taken en ook hoeveel tijd dit met zich mee brengt.
Een grote domper aan het eind van de dag was dat er nog geen budget beschikbaar is voor een test versie van de website en daarmee dus ook nog niet voor de definitieve versie van de website. Een van de acties van aankomende maand is dat 1 van de deelnemer budget aanvraagt.
Wij als oudergroep (en ook de andere deelnemers) hebben er al tijd en energie in gestoken maar weten niet zeker of de website er daadwerkelijk zal komen!

Mede-ouders kunnen jullie met ons delen (openbaar of via een privé-bericht) wat voor jullie de toegevoegde waarde is wanneer er 1 overzichtelijke, duidelijke en leesbare website komt voor onze kinderen? Samen staan we sterker om (opnieuw) aan te geven waarom een site als deze beschikbaar moet komen.

maandag 6 maart 2017

Ondersteuningsvragen: van troebel naar helder!

Alles op een rij. En hoe nu verder?

Het blijft ons allemaal bezig houden: de begeleiding van onze dove en slechthorende kinderen op de reguliere scholen.

Nog even de regels in een notendop:

  • Elk kind met een Cluster 2 indicatie heeft recht op ondersteuning vanuit Cluster 2 als het gaat om begeleiding op de reguliere school; Met Cluster 2 wordt bedoeld: de 4 instellingen Kentalis, Auris, Viertaal en De Taalbrug/Vitus-Zuid. Zij ontvangen financiële middelen van de overheid om de ondersteuning te kunnen uitvoeren. Per kind krijgen zij een budget.
  • Als ouders en school vinden dat er ondersteuning nodig is op de reguliere school, kunnen zij een arrangement aanvragen bij een Cluster 2 instelling in de regio;
  • De basis voor aanvraag van begeleiding zijn de leerbehoeften. Als de reguliere school aangeeft daar zelf niet/onvoldoende in te kunnen voorzien, dan moet ze expertise kunnen binnenhalen van buitenaf. De reguliere school heeft een zorgplicht. Zij moet de doelen die voor een kind in een Onderwijsperspectief(OPP) zijn opgesteld kunnen bewerkstelligen. Deze doelen moeten passen bij het leerniveau van het kind. En dus niet bij wat de school het kind kan bieden! Het mag niet zo zijn dat het kind onder zijn niveau gaat werken omdat de school niet weet hoe ze de leerstof aan het kind met de auditieve beperking zou moeten aanbieden. De beperking mag geen excuus worden.
  • Ouders hebben een evenredig aandeel in het opstellen van het onderwijsperspectief (OPP); de ouders en de school stellen samen het OPP op. De Ambulante Begeleiding is een ondersteuning in het opstellen van het OPP.
  • Waar kan je allemaal ondersteuning in krijgen?
    • Ondersteuning van de communicatie en taalontwikkeling
    • Ondersteuning bij de overige ontwikkelingsgebieden
      • Rekenen
      • Pedagogisch klimaat
      • Instructie
      • Kennis van de wereld
      • Sociaal-emotionele ontwikkeling

(bron: http://www.simea.nl/dossiers/passend-onderwijs/brochures-po/15-simea-brochure-passend-onderwijs-doof-sh-tos-lr-spreads.pdf).

Zo hebben de 4 instellingen, die samen het onderwijs aan dove en slechthorende kinderen moeten borgen, het afgesproken in hun eigen stichting. Die stichting heet: Simea (www.simea.nl).

Ook is er sprake van 3 soorten arrangementen:

  • Licht: 1 dove/sh kind op een reguliere school
  • Medium: meerdere dove/sh kinderen op een reguliere school
  • Intensief: het kind gaat naar speciaal Cluster2 onderwijs

(bron: http://arrangementen.simea.nl/arrangementen/)

Nu komt er een belangrijke vraag:

Hoe vertaalt zich dit nu naar de praktijk?

Die vraag stellen wij nu aan jullie! Wat komt er van het hele verhaal, wat de 4 instellingen vooraf hebben bedacht over passend onderwijs, nu echt terecht? De verantwoording ligt bij de ouders en de zorgplicht ligt bij de reguliere school. Hoe moeten ouders en scholen nu beginnen. Reguliere scholen willen best wel, maar willen vervolgens wel graag weten hoe ze het moeten doen. Ouders zouden de informatie daarvoor moeten verstrekken, maar ook voor hen is het allemaal nieuw. Hoe leer je een doof of slechthorend kind bijvoorbeeld lezen? Dat is al decennia lang een enorme uitdaging. En dat blijft het ook. Het leren lezen lukt bij individuen. De grote groep dove/sh kinderen ervaart (grote) moeilijkheden bij het lezen. Hoe kan je dat als ouder nu aan een reguliere school uitleggen?

Ouders en scholen hebben dus wel begeleidingsvragen, maar: waar in hemelsnaam te beginnen?

De rol van de 4 instellingen is daar sterk in veranderd.
Aan de ene kant is dat goed. Vroeger werd alles door de instelling bepaald. Als ouder kreeg je aan het eind een plan van aanpak waar je een handtekening onder ‘mocht’ zetten. Die handtekening was wel heel belangrijk, want zo ging het geld van de rugzak van het kind naar de school en de instelling.

Nu gaat dat anders. De instelling heeft het geld al en gaat nu wachten tot de ouders en de school met een vraag komen. In de praktijk horen en zien wij dat de bovengenoemde punten vaak als volgt worden vertaald:

  • Elk kind met een cluster 2 indicatie heeft recht op ondersteuning vanuit Cluster 2 als het gaat om begeleiding op een regulier school; Dat recht hebben ze op papier, maar ouders en school krijgen vaak van de trajectbegeleider van de Cluster 2 instelling bij voorbaat al te horen dat het kind “te goed” is om daar aanspraak op te kunnen maken. Het kind moet eerst vastlopen. Maar vastlopen betekend vaak dat er toch iets mis is gegaan met de taalontwikkeling. Die schade is op een gegeven moment niet meer in te halen en blijvend.
  • Als ouders en school vinden dat er ondersteuning nodig is op de reguliere school dan kunnen zij een arrangement aanvragen bij de Cluster 2 instelling; De uitleg van de arrangementen heeft een hele andere wending gekregen dan oorspronkelijk bedoeld. Dit komt onder andere omdat medium settings lastig te vormen zijn. Nu wordt het arrangement vertaald naar een zogeheten “geldzakje”. De namen zeggen het al. Licht is een klein zakje, medium iets groter zakje en intensief en flinke zak maar die zak wordt dan wel binnen de instelling zelf gehouden. Ook hier wordt helemaal verkeerd gekeken. Als een kind slechthorend functioneert dan krijgt het minder dan als het doof functioneert. Maar misschien zijn de ondersteuning in leerbehoeften toch hetzelfde. Ouders breken hun hoofd wat een arrangement precies inhoudt en wat ze ermee kunnen voor hun dove/sh kind. Maar daar krijgen ze helemaal geen antwoord op.
  • De basis voor aanvraag van begeleiding zijn de leerbehoeften. Als de reguliere school aangeeft daar niet of onvoldoende in te kunnen voorzien, dan moet ze expertise kunnen binnenhalen van buitenaf. Zij hebben een zorgplicht en moeten de doelen die voor een kind in een onderwijsperspectief zijn opgesteld kunnen bewerkstelligen. Deze doelen moeten passen bij het leerniveau van het kind en niet wat de school het kind kan bieden! Het mag niet zo zijn dat het kind onder zijn niveau gaat werken omdat de school niet weet hoe ze de leerstof aan het kind met de auditieve beperking zou moeten aanbieden. De beperking mag geen excuus worden. Hier wordt al helemaal aan voorbij gegaan. Het eerste waar iedereen over begint is: wat hoort het  kind? Hoeveel decibel gehoorverlies is er? Terwijl eigenlijk de vraag moet zijn: wat mist het kind aan informatie en hoe vullen we dat aan? Als het kind toch minder “hoort” (= minder meekrijgt aan informatie) dan verwacht, gaat men weer kijken naar het horen. Dan komen instrumenten als de solo om de hoek kijken. Als het gaat om leerbehoeften dan staat er 1 ding enorm in de weg. Dat is het feit dat de kinderen auditief niet genoeg meekrijgen waardoor dus die leerbehoeften gevaar lopen. Het invullen van de gemiste informatie: daar gaat het om. Daar heb je begeleiding voor nodig. Kan solo het gemis aanvullen? Fijn! Prima! Mits: het niet ten koste gaat van andere leerbehoeften. Is solo niet het antwoord? Dan moet er naar andere middelen c.q. mogelijkheden worden gekeken om het gemis aan te vullen. Dit kan zijn: pre-teaching, RT en noem het allemaal maar op. De mate van het missen van informatie zal voor ieder kind anders zijn. Maar: per kind zal het stabiel zijn. Dus als het kind in groep 1 ,zeg maar, 50% niet meekrijgt dan is dat in groep 8 ook zo. Je kunt het arrangement dus helemaal niet afbouwen. Het gehoorverlies, dus informatieverlies gaat nooit weg. En aangezien elk schooljaar je ook weer nieuwe informatie geeft, kan je niet terugvallen op datgene wat al betekend is. Dat is nu zo speciaal aan school!
  • Ouders hebben een evenredig aandeel in het opstellen van het onderwijsperspectief; Dit is heel mooi, maar er is geen mogelijkheid om zich te verdiepen hoe ze dat kunnen en moeten doen.
  • Waar kan je allemaal ondersteuning in krijgen; Daar heeft elke AB’er een eigen antwoord op. Er is binnen de AB diensten geen lijn. Een mooi voorbeeld blijft Engels als vreemde taal op de basisschool. Niemand weet hoe dat opgepakt kan worden.

Hoe kunnen we er nu toch voor gaan zorgen dat voor onze kinderen de reguliere school meer toegankelijk wordt? Dat we als ouders het gevoel krijgen dat we grip krijgen op de zaak? Dat de kinderen de ondersteuning krijgen waar ze recht op hebben? Als ze dat namelijk niet krijgen kunnen ‘bovenop’ de auditieve beperkingen andere problemen ontstaan. Dan krijgt het kind allerlei andere labels. En dat mag gewoon niet gebeuren.

Het OPP heeft hier een hele belangrijke rol. Als er niet voldaan kan worden aan de vraag van leerbehoeften in het OPP, dan komt het leren van het kind in gedrang. Als ouder moet je daar dus beginnen. Hoe?
  • Door het andere ouders te vragen of de vraag bij de Oudergroep neer te leggen. Wij kunnen je daarbij helpen (oudergroepvandovekinderen@gmail.com);
  • Met het OPP zal de school, via het aanmeldpunt Cluster 2, een aanvraag kunnen doen bij Cluster 2 om met extra ondersteuning het OPP in werking te zetten;
  • Sluit het aanbod van Cluster 2 niet aan op het OPP?  Vraag een 2de gesprek met een medewerker van het samenwerkingsverband van de school aan. Het niet aansluiten heeft vaak te maken met geld. Of dat Cluster2 zelf niet over de juiste middelen beschikt, bijvoorbeeld een gebarentaalvaardige NGT RT juf. Maak geld en middelen niet het probleem van de ouders en de school, maar van degenen die over de middelen beschikken. Laat hen het uitvechten.
  • Nog geen oplossing? Schakel de Oudergroep in; Zij zal het neer gaan leggen bij de Onderwijsconsulent en de Onderwijsinspectie. 
  • Advies: Ga niet in het klachtentraject van de instelling of het samenwerkingsverband, want dat is doodlopende weg momenteel.

Waar moet je als ouder alert op zijn?
Je moet je verdiepen in je kind. Wat heeft hij/zij nodig? Dit moet vervolgens centraal gesteld, gevraagd, worden. Dat is nog niet zo eenvoudig. Je wil niet als een zeurende en betweterige ouder overkomen. Zeker niet op een nieuwe school want daar wil je de school een kans geven. Je hoopt dat  je kind zo geruisloos mogelijk kan integreren. Maar: zeker in het begin kan dat niet.

Kinderen stromen tegenwoordig, via de ziekenhuizen en de Audiologische Centra, in bij de zogeheten “vroegbehandelgroepen”. Daar wordt vervolgens hard gewerkt aan de taalontwikkeling. Echter is de taalontwikkeling een proces met een langere adem. Als een kind vertrekt uit de vroegbehandeling is dat taalproces niet klaar. Het kind is niet alleen slechthorend als het naar reguliere school gaat op vierjarige leeftijd, maar hij/zij heeft ook nog geen volledige taalontwikkeling doorgemaakt. Dat punt van taalontwikkeling wordt vaak niet benoemd. Er wordt veel gesproken over de slechthorendheid en hoe dat aangevuld kan worden. Maar hoe de taalontwikkeling door het aanvullen toch doorgang kan vinden? Toch goed doorgemaakt kan worden? Daar hoor je niemand over. Er wordt te vaak gedacht dat het op de lijn van de verwachting mee loopt.  Maar wat kan er verwacht worden? Wat houdt dat in? Zeker in het begin is het ook lastig te traceren omdat de kinderen vaak vlot babbelend op school komen. De eerste tekenen van taalarmoede komen vaak pas later bovendrijven. Deze kunnen ontstaan bij het lezen, begrijpend lezen en op sociaal emotioneel vlak.

Dit is echter nog niet alles. Er is nog veel meer. Als het kind op school schijnbaar lekker draait, maar thuis helemaal afgedraaid is, betekent het dat hij/zij wel heel erg zijn best moet doen om het allemaal te kunnen volgen. Dat is een feit. Het is een onderdeel van slechthorendheid. Je moet extra lopen om het allemaal bij te benen. Je kind doet aan topsport. Maar topsport moet begeleid worden. Als je kind heel goed is in schaatsen, dan betekent dat voor de ouders ook dat er wat dingen opzij gezet moeten worden. Het kind moet trainen, vaak 4 tot 5 dagen per week. Het kind moet naar wedstrijden gereden worden. Het kind volgt vaak een speciaal dieet. Het kind komt met extra was en onkosten. Maar als ouder doe je dit. Anders kan het talent geen doorgang vinden. Als ouder wil je dat vaak ook graag faciliteren. Je bent trots op dat je kind een talent heeft. Je wil je kind het gemakkelijker maken.

Dit geldt ook voor een slechthorend/doof/CI- kind. Je moet als ouder zorgen dat er op school een klimaat ontstaat zodat hij/zij alles meekrijgt. Je rijdt met hem/haar naar logopedie en andere aanvullende begeleiding. Je gaat naar ziekenhuizen voor allerlei KNO- /audiologische afspraken. In de weekenden wil je kind misschien wel andere kinderen ontmoeten die ook slechthorend/doof zijn. Die wonen vaak niet om de hoek. Dus kan je gaan rijden om activiteiten te bezoeken. Dan is er de apparatuur, batterijen, verzekeringen enzovoorts wat allemaal geregeld en betaald moet worden. Er komen allerlei zaken bij kijken om je kind tot volledige ontwikkeling te laten komen.

Als ouder en als kind kun je heel veel zelf, maar als het gaat om goed onderwijs dan is dat toch wel iets lastiger. Ouders kunnen nu eenmaal niet alle kennis over goed onderwijs specifiek voor doof/sh/CI meteen tot zich nemen. Echter: goed onderwijs moet wel te regelen zijn. Dat moet ook want met Passend Onderwijs heb je nu die verantwoording. Die verantwoording betekent ook dat de instanties die over de middelen beschikken ons als ouders niet in de weg moeten staan!

De Oudergroep zet zich sinds eind 2014 in voor goede begeleiding voor de kinderen op reguliere scholen. Helaas gaat het nog steeds niet goed. Helaas zien we dat het steeds slechter wordt. Daarom zullen we een stapje verder moeten gaan zetten. We zijn druk aan het trekken bij de instellingen en Simea om de inhoud van begeleiding, die ze kunnen bieden, boven tafel te krijgen. Elk stapje die we daarin zetten wordt met jullie gedeeld.

Maar er moet meer gebeuren. Onafhankelijke instanties die toezicht houden op de voortgang van passend onderwijs, hebben geen idee wat er momenteel gebeurt met de dove en slechthorende kinderen in het reguliere onderwijs. Dit komt onder andere omdat de officiële vertegenwoordiging van de ouders en de kinderen vaak achter gesloten deuren dingen met de instellingen proberen te regelen. Logisch omdat ze hopen dat instellingen hun beleid zullen aanpassen en dat alle kinderen daarvan zullen profiteren. Maar dat gebeurt niet of veel te langzaam. Als 1 kind wordt geholpen, dat moet de volgende ouder weer voor gaan vechten om hetzelfde te krijgen. Het wiel moet steeds opnieuw uitgevonden worden.

Lukt het je niet om met je reguliere school eruit te komen? Laat het ons weten. Wij kunnen ouders en scholen helpen om een goed OPP te maken en het voor te leggen aan Cluster 2 en/of samenwerkingsverband. Als er niet aan de begeleidingsvraag tegemoet wordt gekomen, kunnen wij de Onderwijsconsulent en de Onderwijsinspectie inschakelen. Wij hebben met beiden contact. Tot nu toe krijgen zij geen aanmeldingen van ouders dat het fout gaat. Dit komt omdat ouders vaak in een klachtprocedure met de instelling terecht komen en dat is, zoals boven al vermeldt, een doodlopende weg. De instellingen duwen ouders graag in een eigen klachtprocedure. Uiteraard, want dat is een makkelijke weg. De slager die het eigen vlees keurt. Wat we horen is dat ouders er helemaal moegedraaid uit komen en het niet meer weten. En het kind dat centraal hoort te staan? Die staat dan niet meer centraal. Daarom: niet aan een klachtprocedure beginnen. En aankloppen, via ons eventueel, bij de Onderwijsconsulente en de Onderwijsinspectie. Die zijn onafhankelijk en niet gebonden aan eigen belangen maar aan het belang dat het kind krijgt wat hij/zij nodig heeft.
En daar gaat het om! Dat je kind krijgt wat hij/zij nodig heeft. Omdat het gaat om leerbehoeften.

Noot:
1) Bij Simea wordt niet gesproken over de inzet van tolken. Ouders en kinderen bepalen samen of een tolk wordt ingezet. Natuurlijk moet je het met school overleggen en verdient het een plaats in het OPP. Maar dit hoeft niet overlegd te worden met Cluster 2. Cluster2 gaat helemaal niet over de tolkuren. De tolkuren zijn ook helemaal geen onderdeel van het arrangement. Dat staat helemaal los van elkaar. De tolkuren zijn een onafhankelijke voorziening vanuit de overheid geregeld. De regel voor de tolk is heel eenvoudig, elk kind met een Cluster 2 indicatie heeft recht op een tolk.

2) Mocht je vragen hebben met betrekking tot zorgverzekeraar en je kind, kan je ze ook melden. Je kan ook mailen naar de SIAC. Dit is de stichting, waar ook alle instellingen in vertegenwoordigd zijn. Echter houdt de SIAC zich hier bezig met de zorg. SImea is voor onderwijs. Dat zijn dus twee verschillende stichtingen. De contactpersoon van de SIAC is iemand van Kentalis: n.houdijk@kentalis.nl.